2: HET GOUDEN SNOEIMES

1e druk - 1967 - GeIllustreerde Pers

  • Tekst: Goscinny – Tekeningen: Uderzo
  • Oorspronkelijke titel: La Serpe D’or
  • Uitgever: Hachette Livre
  • Eerste publicatie: Pilote nr.42 (11/08/1960)
  • Eerste uitgave als stripboek: 1962

IN BEZIT:

  • (02.01) 1967 - 1e druk Geïllustreerde Pers (1.2 De Reycker) - zeer goede staat
  • (02.02) 1981 - Darchaud (ISBN 90 320 0466 2) - goede staat
  • (02.03) 1981 - Darchaud (ISBN 90 320 0466 2) - goede staat
  • 1 x 1981 - De Friese versie; De gouden sichte
  • (02.04) 1999 - Hachette (ISBN 978-2-01210129-6) - nieuw
  • (02.05) 2020 - special inclusief 16 pagina's (ISBN 978-2-86497-347-8)
  • 1 x 2021 - Luxe editie (ISBN 978-94-6210-754-0)

 

Uitgave Dargaud
1981

Uitgave in het Fries
1981

Uitgave Hachette
1999

Speciale Hachette
2020

Luxe editie uitgave
2021

Verhaal

Een ramp breekt uit voor het Gallische dorp wanneer het gouden snoeimes van Panoramix breekt. Zonder dit mes kan hij niet meedoen aan de jaarlijkse druïdebijeenkomst, maar wellicht erger nog, ook geen maretak snijden voor de toverdrank. Hij stuurt Asterix en Obelix naar Lutetia (Parijs) om een nieuw mes te halen. De messen worden in Lutetia gemaakt, door een man genaamd Amerix, Obelix’ neef. Obelix besluit daarom Asterix te vergezellen en neemt een menhir mee als kadootje.

In Lutetia blijkt Amerix echter op mysterieuze wijze te zijn verdwenen. Asterix en Obelix gaan daarom naar een nabijgelegen herberg in de hoop wat inlichtingen te verkrijgen. De Gergovische waard vertelt hen niets, beiden aanmanend te vertrekken, waarna hij zijn herberg ijlings sluit. De waard meldt vervolgens aan een andere man dat de twee op zoek zijn naar Amerix. De geheimzinnige man, Lentix genaamd, zoekt het duo op en beweert een vriend te zijn van Amerix, die volgens hem op vakantie is. Lentix neemt Asterix en Obelix mee naar een geheimzinnige kroeg, waar zijn baas Avoranfix hen een snoeimes voor 3000 goudstukken tracht aan te smeren. Als Asterix en Obelix weigeren breekt er een vechtpartij uit, waarbij de boel kort en klein geslagen wordt.

Asterix en Obelix worden hierop gearresteerd door de Romeinen, maar het geruzie met de centurio leidt ertoe dat de rust van prefect Gracchus Pleindastus verstoord wordt. Deze laat hen met een verveeld handgebaar weer vrij. Uit de gesprekken met de centurio en de prefect wordt duidelijk dat het gaat om een grote bende snoeimeshandelaren, die Amerix ontvoerd zouden kunnen hebben.

Asterix en Obelix zoeken de gevluchte herbergier op, die getuige van de ontvoering blijkt te zijn geweest en hen aan het adres van Lentix helpt. Lentix blijkt niet thuis, waarop Asterix en Obelix zijn huis binnenvallen, om meteen opnieuw gearresteerd te worden. In de cel ontmoeten ze een dronkaard, die vertelt dat Lentix inderdaad bij Avoranfix hoort, maar dat de kroeg van Avoranfix gesloten is. Ook heeft hij Avoranfix en Lentix weleens horen praten over een hunebed. Asterix en Obelix trachten uit te breken, om weer voor de decadente prefect te worden geleid. Het incident amuseert hem weliswaar dusdanig, dat hij hen weer laat gaan.

Er blijkt slechts één hunebed in de omgeving van Lutetia, gelegen in een bos vol rovers en wolven. Aan de voet van het hunebed blijkt een verborgen luik (waar Asterix in valt), dat leidt naar een opslagplaats voor snoeimessen. Daar stuiten Asterix en Obelix op de bende, die zij bont en blauw slaan. Avoranfix ontsnapt echter.

Lentix vertelt dat de snoeimessen in de schuilplaats gemaakt zijn door Amerix, die de gevangene is van de "grote baas", wiens identiteit alleen aan Avoranfix bekend is. Na Lentix opgesloten te hebben in de schuilplaats gaan Asterix en Obelix achter Avoranfix aan. Tijdens de achtervolging botsen ze echter wederom tegen dezelfde Romeinse patrouille op, waarop ze allebei in een aparte cel worden opgesloten.

Asterix heeft opnieuw de dronkaard als celgenoot, die hem helpt om van de toverdrank te drinken. Op zoek naar de uitgang komen Asterix en Obelix aan bij de kamer van de prefect, die ze tot hun verrassing aantreffen in gezelschap van Avoranfix. De prefect ontkent Asterix' beschuldigingen niet: hij geeft toe dat hij de bende heeft opgezet omdat hij zich verveelde en hoopt dat zijn arrestatie en veroordeling hem wat afleiding zullen geven. Beneden in de kerkers blijkt Amerix opgesloten te zitten. Hij wordt vrijgelaten en geeft Asterix en Obelix prompt zijn mooiste snoeimes cadeau (en mag van Obelix eindelijk de menhir in ontvangst nemen).

Asterix en Obelix keren terug naar het dorp, overhandigen het snoeimes aan een zielsgelukkige Panoramix en besluiten hun avontuur aan de feesttafel.

Bron: Wikipedia